De ruimte als derde pedagoog
Kinderen ontwikkelen zich door 3 pedagogen: het kind, de volwassene en de ruimte. Ze beinvloeden elkaar wederwijds.
- Loris Malaguzzi
De ontwikkeling van een kind verloopt via verschillende fasen. In iedere fasen spelen het karakter, persoonlijke eigenschappen en de omgeving van het kind een belangrijke rol.
De eerste pedagoog zijn de kinderen zelf. Kinderen leren veel van elkaar, ze begrijpen elkaar vaak al zonder woorden. Samen lossen ze dingen op en zo ontstaan leermomenten. Ook leren de kinderen van elkaar helpen. Oudere kinderen zijn vaak een voorbeeld voor de jongere kinderen.
De tweede pedagoog zijn de volwassenen. Als volwassenen voeden wij kinderen op. Door goed te kijken naar de kinderen en te zien waar hun interesses liggen, kunnen we inspelen op hun spel. Door te observeren kunnen we kinderen stimuleren en zonodig iets toevoegen. Wij volgen de kinderen in plaats van dat de kinderen ons moeten volgen.
De derde pedagoog is de ruimte (en de materialen). De weg weten op de groep zorgt voor veiligheid en rust bij kinderen. Een ruimte die regelmatig veranderd is heel verwarrend, daarom is het belangrijk vaste plekken te hebben, zodat kinderen weten waar de huishoek is, waar de bouwmaterialen liggen, etc.
Wanneer de ruimte van een groep met zorg en visie is ingericht, zorgt dat ervoor dat kinderen zich veilig voelen en kan dit het werk voor de PM’er ook lichter maken. In een goed ingerichte groep komen kinderen tot rust, ze weten wat er van hen verwacht wordt, ze spelen langer en geconcentreerder en storen elkaar minder.
Speelhoeken worden niet te groot gemaakt en knus ingericht. Wanneer er speelplek is voor 3 á 4 kinderen is dit voldoende, teveel kinderen in een speelhoek kan het spel verstoren. Hoeken worden ingericht met materialen die kinderen in hun spelhandelingen nodig hebben, zo worden kinderen uitgenodigd om tot rijk spel te komen. Herkenning vanuit de dagelijkse praktijk speelt hierbij een grote rol
Er wordt goed gekeken naar het soort spel in de verschillende hoeken en hierbij wordt erop gelet dat het spel elkaar niet verstoord. Denk hier bijvoorbeeld aan dat je niet rustig een boekje kan lezen als er naast je druk wordt gespeeld in de bouwhoek.
Bij de start van de dag / start van het spel worden hoeken zo geëtaleerd dat kinderen uitgenodigd worden tot spelen. Hoeken worden regelmatig met nieuwe (spel)materialen verrijkt en ‘oude’ materialen maken (tijdelijk) plaats, zodat het overzicht bewaard blijft. Door materiaal af te wisselen blijft het spel interessant voor kinderen.
Wij gebruiken lage open kasten, de kinderen hebben hierdoor een kleiner aanbod van speelgoed, maar spelen hierdoor meer, langer en geconcentreerder. Wij maken bewuste keuzes in het aanbod van speelgoed waarbij de verschillende ontwikkelingsgebieden van de kinderen gestimuleerd worden en er keuze vrijheid ontstaat in het spel.